De behandeling
Als je kat niet lekker in zijn vel zit en lastig gedrag vertoont, dan is stap 1 op weg naar een oplossing het laten uitsluiten van mogelijke medische oorzaken. In de helft van de gevallen blijkt het daaraan te liggen en kan het lastige gedrag door een medische behandeling van de oorzaak worden verholpen. Bij katten vanaf 7 jaar moet er ook een seniorencheck (link naar) worden gedaan om een medische oorzaak uit te kunnen sluiten. Als je kat niet makkelijk mee te nemen is naar de dierenarts kun je deze folder “Uw kat trainen voor een bezoekje aan de huisarts in 6 stappen” gebruiken of je dierenarts vragen om het middel gabapentine, dat maakt het makkelijker om de kat naar de dierenarts te krijgen.
Veel ziektes kunnen een gedragsprobleem lijken en soms is er bij onderzoek ook niets afwijkends te vinden aan het dier, wat de diagnose en het onderscheiden van een echt gedragsprobleem bemoeilijkt. Als je alleen kijkt naar symptomen of naar gedrag, dan mis je de wisselwerking die beiden op elkaar hebben. Zonder een diepgaande kennis van gedrag kijk je alleen naar het symptoom wat behandeld moet worden, i.p.v. dat de oorzaak verholpen wordt.
Wat wijst op een gedragsprobleem?
Er lopen heel wat katten rond met gedragsproblemen waar hun verzorgers helemaal geen weet van hebben. Katten zitten soms nogal met zichzelf in de knoop terwijl niemand dat in de gaten hoeft te hebben. Ze kunnen zelfs zodanig in de knoop zitten dat ze daar ziek van worden! Ziekten die kunnen wijzen op een onderliggende gedragsoorzaak of daardoor kunnen verergeren, zijn:
Urinewegen:
– Chronische blaaspijn syndroom (Pandora syndroom)
– Idiopathische blaasontsteking (FIC)
– Ziekten van de lagere urinewegen (LUTD, LUTS)
– Plaskater (verstopte plasbuis, urolithiasis, blaasstenen, blaasgruis)
Huid:
– Huidinfecties en jeuk
– Allergieën, atopie
– Overmatig wasgedrag of zichzelf open krabben
– Parasieten (bijv. Tritrichomonas, Giardia en Isospora)
Virussen:
– Stress activeert herpes en calici, maar laat corona ook muteren tot FIP
Immuunsysteem:
– Bovenste luchtweg infecties (niesziekte, herpes/calici)
– Feline infectieuze peritonitis (FIP)
Voortplantingssysteem:
– Kittens van gestreste moeders hebben een lager geboortegewicht en hebben later in het leven meer stressklachten
– Vroegtijdige beëindiging van de zwangerschap (N.b. het streven is om katten te castreren en niet zwanger te laten worden)
Zenuwstelsel:
– Pijnbeleving, zoals bij FOPS,
– Rusteloosheid
Spijsverteringsstelsel:
– Inflammatory Bowel Disease (IBD)
– Af en aan diarree, overgeven, minder eetlust
– Wildpoepen
– Anorexie of hyporexie
– Obesitas/overeten
– Diabetes
– Resorptieve laesies (FORL, tandresorptie)
– Gingivostomatitis (ontsteking van het mondslijmvlies en tandvlees)
– Haarballen
– Constipatie
Bewegingsapparaat:
– Minder actief
In alle bovenstaande gevallen is het raadzaam een gedragsbehandeling in te zetten, na de dierenarts geconsulteerd te hebben om een medische oorzaak uit te sluiten of eerst een behandeling in te zetten.
Los van deze ziekten zijn er ook dingen die je aan het gedrag van de kat kunt merken, tekenen dat deze niet lekker in zijn vel zit en hulp kan gebruiken:
- angstig, schrikachtig, nerveus, zenuwachtig, prikkelbaar
- onverdraagzaam naar mensen of andere katten
- hinderlijk miauwen
- in huis sproeien, plassen of poepen
- veel kopjes geven tegen voorwerpen
- vernielzuchtig krabgedrag
- overeten of eten van dingen die daarvoor niet bedoeld zijn
- ontsnappogingen uit huis of tuin, teruglopen naar het oude huis
- opvallend of vervelend gedrag
Zelfs katten zonder ziekten of duidelijk herkenbaar probleemgedrag hebben baat bij meer inzicht in hun gedrag. Het verbetert namelijk altijd het welzijn.
Felinocentrische behandeling
Kattengedragstherapie is niets nieuws, het bestaat al meer dan een kwart eeuw. Het vak is door o.a. dierenarts Bonnie Beaver van de Texas A&M Universiteit in het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw ontwikkeld. Er zijn sindsdien verschillende stromingen ontstaan in de gedragskunde voor katten: de medische (vooral door dierenartsen ingezet), de behavioristische (vooral door dierengedragsdeskundigen ingezet) en de felinocentrische, waarbij de kat centraal staat. De kat in kwestie is immers uniek, de situatie is uniek en zijn achtergrond is uniek. Het Kattengedragsadviesbureau (KGA) werkt als enige met deze unieke felinocentrische aanpak bij het behandelen van gedragsproblemen. Die aanpak is 100% katvriendelijk en gebaseerd op de emoties van katten, hun intelligentie en psychologie, de evolutionaire achtergrond van het gedrag en de biologische processen die aan het gedrag ten grondslag liggen. Het KGA baseert deze felinocentrische adviezen mede op onderzoek dat het Instituut Psychologie van de Universiteit Leiden heeft gedaan naar hun aanpak. Hierbij wordt niet het symptoom bestreden, maar de oorzaken van het gedrag aangepakt. Hoe lang zo’n gedragsbehandeling nodig is, is vooraf niet altijd te zeggen, vanwege de unieke omstandigheden waar de betreffende kat in leeft. Maar als de eigenaren zich inzetten is er altijd verbetering haalbaar.
Wetenschap
Het KGA baseert de adviezen en lessen op de allernieuwste wetenschappelijke publicaties. Bij de lesdagen zitten de wetenschappelijke referenties erbij. Waarom is het belangrijk dat je dit weet? De ontwikkelingen op het gebied van kattengedrag gaan steeds sneller vooruit. En als je als kattengedragsdeskundige hierin niet bij blijft door elke dag alle nieuwe verschenen publicaties door te nemen, loop je al snel achter. Het is voor klanten helaas in de praktijk niet te achterhalen in hoeverre de kattengedragsdeskundige waar ze mee in zee willen gaan, wel op de hoogte is van die nieuwe inzichten. Het is wat dat betreft ondoorzichtig om te zien hoe kundig diegene is op het gebied van katten. KGA staat garant voor actuele kennis.
Zelf dokteren geeft weinig hoop
Het trieste is dat de meeste katten die een gedragsbehandeling nodig hebben die helemaal niet krijgen. Daar zijn een aantal redenen voor:
- de eigenaren herkennen het probleemgedrag niet waar de kat last van heeft. Soms is het topje van de poel van emotionele ellende waar de kat in gevallen is wel merkbaar bijv. aan het sproeien in huis, het krabben van mensen, of vernielen van de meubels
- de eigenaren denken dat het wel los zal lopen en mee zal vallen of mettertijd vanzelf wel op zal lossen
- de eigenaren gaan zelf met tips van internet aan de slag, waarvan we uit onderzoek weten dat dit traject vaak gedoemd is te mislukken waardoor de kat vaak de deur uit wordt gedaan
- eigenaren gaan het zoeken in hulpmiddelen en producten. Maar hoe mooi de verhalen van de marketeers ook zijn, producten verhelpen helemaal de oorzaak niet waar de schoen wringt voor de kat, maar kan er wel een dempende deken overheen doen, waardoor het probleem wat meer verhuld wordt.
- de kosten worden ernstig onderschat. Elk jaar wordt er onderzoek gedaan naar wat mensen denken dat het houden van een kat kost en elk jaar komt daar hetzelfde trieste cijfer uit: 98% van de katteneigenaren onderschatten de kosten van het houden van een kat. En ook hiervoor betaalt de kat de prijs, omdat er dan bezuinigd gaat worden op kosten voor dierenarts, trimmer of gedragsdeskundige.
Behandling zonder medische check
Sommige problemen zijn helemaal gedragsmatig. Dan is het niet verkeerd om voor de zekerheid toch nog naar de dierenarts te gaan, maar dat is niet nodig bij: angst, stress, trauma’s en socialisatie problemen.
Bij plasproblemen is een combinatie therapie zinvol: zowel het medische als gedragsmatige traject.