Testimonial Marie
Ogen als schoteltjes – hulp bij een angstige kat
Snoezepoes zat op vier meter afstand en blies. Ze keek me strak aan. Het was weer tijd voor haar afspraak met de dierenarts. Met hulp van mijn vriend probeerde ik haar te vangen om haar in de reismand te zetten. Er volgde een James Bond-achtervolging, die eindigde hoog boven op de boekenkast.
Mijn vriend slaagde er uiteindelijk in haar met een rol pakpapier het mandje in te dirigeren. Na het dierenartsbezoek dacht ik: Nu is het genoeg, de volgende keer lukt het helemaal niet meer om haar naar de kliniek te brengen.
Ik haalde onder een stoffige stapel papieren een vergeeld kaartje tevoorschijn met de naam Marcellina Stolting, en een telefoonnummer.
Marcellina, kattengedragsdeskundige, kwam op afspraak op huisbezoek. Een kleine dame, op haar neus een fleurige bril met kattenogenmontuur, liep door ons huis en wees me hoge verstopplekjes voor de poezen en waar de krabpalen moesten staan. Ze ging zitten en wachtte.
Lappenkind kwam na een tijdje kennismaken, en dat ging op zijn kats: even aan elkaar snuffelen. Goed volk, besloot Lappenkind, want even later stak ze haar pootje uit naar de hengel waarmee de kattengedragsdeskundige toonde hoe ik met Lappenkind kon spelen. ‘Dit is gewoon een gelukkige kat,’ zei ze. Snoezepoes daarentegen liet zich niet zien – extreem angstig, was de diagnose. Sinds die tijd zijn beide poezen ‘in therapie’ – een kat wordt namelijk nooit alleen behandeld, altijd samen met de andere soortgenoten in huis.
Mijn wereldbeeld op het gebied van katten werd op zijn kop gezet. Katten zijn helemaal niet ‘gedomesticeerd’, net als honden, hooguit ‘semi-gedomesticeerd’. Ze zijn meesters in het verbergen van klachten en ziekte.
En waar ik dacht een heel ‘katvriendelijk’ huis te hebben – alles wat er stond mocht namelijk stuk – bleek het tegenovergestelde waar. Hoeveel ik ook van mijn poezen hield, ik wist maar weinig van hun behoeftes.
De doopceel van de katten werd gelicht, we hadden wekelijks telefonisch contact. Ik probeerde alle adviezen ter harte te nemen, maar het waren er zoveel! Inmiddels zijn we een aantal jaren verder, en nog heb ik niet alles op mijn lijstje afgevinkt – ik ben een langzame leerling.
Snoezepoes had altijd grote bange pupillen, ogen als schoteltjes. ‘We gaan ervoor zorgen dat dat spleetjes worden,’ zei Marcellina. En er voltrok zich een verandering bij Snoezepoes. In plaats van een ‘geestpoes’, die ergens in huis verscholen zat, langere tijd onzichtbaar voor ons, kwam ze steeds vaker in de buurt zitten, en haar pupillen werden spleetjes.
Ze is altijd een extreem bange poes gebleven, maar ik kon haar een fijner thuis bieden. Ik leerde hoe ik de omgeving aan kon passen en hoe katvriendelijk met haar om te gaan.
James Bond-achtervolgingen voor het dierenartsbezoek waren verleden tijd.
De jaren gingen voorbij, en ik voelde me de koning te rijk wanneer het voorkwam dat ik languit op de bank zat, met zowel Lappenkind als Snoezepoes op schoot.
Op een dag had Snoezepoes last van een haarbal. Ze spuugde hem uit en sprong op de kattenton, waar ik haar altijd even mocht aaien. Ineens viel ze eraf, en ik zag, foute boel. Voor mijn ogen stierf ze aan een hartstilstand, net negen jaar.
Waarschijnlijk een trombus, werd gezegd, toen ik de dierenkliniek belde. Daarna belde ik Marcellina. Ook haar kat had, heel toevallig, want zo vaak komt het niet voor, een paar maanden eerder een trombus niet overleefd. Toen en later hebben we er nog veel over gesproken, over de schok die plotselinge dood teweegbrengt, en de medische toedracht, waar ze zich in had verdiept.
Hierbij wil ik aantekenen dat het niet zo is dat de kennis van Marcellina alleen voortkomt uit ervaring met haar eigen katten. Elke dag staat ze om 6 uur op, om het laatste wetenschappelijk onderzoek op gebied van katten door te nemen. Dit vormt een belangrijke pijler onder haar adviezen en de opleiding tot kattengedragsdeskundige die ze opgericht heeft. Ik heb deelgenomen aan een zomerschool, met inspirerende lezingen van een Belgische kattengedragsdeskundige en een ecoloog die onderzoek deed naar wilde katten.
En ondertussen hebben we ook nog steeds telefonisch contact, voor de begeleiding van Lappenkind.
– Marie L.